Voeding

Zeeuwse jongeren drinken vaker drankjes met suiker dan Nederlandse leeftijdsgenoten

Als het gaat om voeding hanteert de jeugdgezondheidszorg van de GGD Zeeland de richtlijnen van het Voedingscentrum [1]. Wat betreft ontbijten wordt als norm gehanteerd dat jongeren dit dagelijks doen. Voor energiedranken geldt: hoe minder energiedrank gedronken wordt, hoe beter. Als het gaat om de cafeïne in deze dranken is het advies: geen energiedrank voor kinderen jonger dan 13 jaar. Vanwege de kans op overgewicht en diabetes type 2 geldt het advies zo min mogelijk frisdrank (zoals sinas en cola) waaronder vruchtendranken (zoals dubbeldrank) te drinken.

De resultaten samengevat

  • 73 %

    drinkt dagelijks minimaal één glas water

  • 38 %

    drinkt dagelijks drankjes met suiker

  • 8 %

    drinkt dagelijks meer dan drie drankjes met suiker

  • 19 %

    drinkt wel eens energiedrankjes

  • 6 %

    drinkt dagelijks meer dan één blikje energiedrank

Water drinken

Driekwart van de Zeeuwse jongeren (73%) drinkt dagelijks minimaal één glas water. Meisjes doen dit vaker dan jongens (75% versus 71%). Als we naar het onderwijsniveau kijken dan zien we hoe hoger het onderwijsniveau van de leerlingen hoe vaker water wordt gedronken (zie figuur 1).

Suikerhoudende drank

Zeeuwse jongeren drinken vaker drankjes met suiker dan Nederlandse leeftijdsgenoten: 38% in vergelijking met 33% landelijk. Jongens drinken vaker drankjes met suiker dan meisjes (42% versus 34%) en leerlingen in klas 4 doen dit vaker dan leerlingen in klas 2 (40% versus 35%). Verder valt op dat vooral jongens in klas 4 veel drankjes met suiker drinken (zie figuur 2).

Hoe lager het onderwijsniveau hoe meer drankjes met suiker worden gedronken. Zo drinkt 12% van de VMBO-bk leerlingen dagelijks meer dan drie drankjes met suiker in vergelijking met 9% van de VMBO-gt leerlingen, 6% van de HAVO- en 4% van de VWO leerlingen.

Energiedrank

Ongeveer twee op de tien Zeeuwse jongeren drinkt wel eens energiedrank en 6% drinkt dagelijks minimaal één blikje energiedrank. Leerlingen in klas 4 drinken vaker wel eens energiedrank dan leerlingen in klas 2 (22% versus 15%).

Ook zien we verschillen tussen jongens en meisjes. Bijna een kwart van de jongens (23%) drinkt wel eens energiedrank, terwijl dit bij meisjes 15% is. Dagelijks minimaal één blikje energiedrank drinken doen jongens twee keer zo vaak als meisjes (8% versus 4%).

Ten slotte zien we grote verschillen in onderwijsniveau. Hoe lager het onderwijsniveau hoe meer energiedrank gedronken wordt. Zo heeft 12% van de VMBO-bk leerlingen dagelijks minimaal één blikje energiedrank gedronken en bij VWO leerlingen is dat 2% (zie figuur 3)

Interessante websites

Referenties

  1. Voedingscentrum: eten volgens de schijf van vijf