Het expertteam raadt een regionaal gezondheidsonderzoek naar PFAS af, omdat het niet bijdraagt aan een betere gezondheidszorg. Zij stellen in het advies dat de uitkomsten niets zeggen over de oorzaak (blootstellingsbron) of het gevolg (mogelijke gezondheidseffecten). Een landelijk meerjarig onderzoek met specifieke aandacht voor met PFAS vervuilde gebieden acht het expertteam wel zinvol vanuit wetenschappelijk perspectief.

Regionaal onderzoek neemt zorgen niet weg

Bij een regionaal bevolkingsonderzoek blijven mensen met vragen zitten, omdat de PFAS-concentraties in het bloed niet aan een (lokale) bron, gezondheidseffect of maatregel te verbinden zijn. GGD Zeeland sluit zich bij deze conclusie van het expertteam aan. “Wij begrijpen heel goed dat er zorgen zijn bij inwoners en gemeenteraden over gezondheidsrisico’s. En we onderschatten zeker de consequenties niet van zorgen en stress op het welzijn en de gezondheid van omwonenden. Het is echter een complex vraagstuk dat verder gaat dan het wel of niet doen van bevolkingsonderzoek. Regionaal onderzoek zal de zorgen of ongerustheid niet weg kunnen nemen”, aldus Joke Gaemers, directeur Publieke Gezondheid. Ze licht verder toe: “We kunnen de deelnemers van een dergelijk onderzoek niet vertellen wat de uitkomst voor hen persoonlijk betekent en er bestaat geen mogelijkheid om de aangetoonde PFAS-waarden te verlagen. Op deze manier levert het resultaat van dit onderzoek geen bijdrage aan de volksgezondheid”.

Meerjarig landelijk gezondheidsonderzoek

Een breed meerjarig landelijk gezondheidsonderzoek is wel zinvol. “Hiermee kan een relatie  worden gelegd tussen blootstellingsbronnen, bloedwaarden en gezondheidseffecten. Waarbij gemeten concentraties in de omgeving richtinggevend zijn voor de hotspots in zo’n onderzoek. Die relatie kan niet worden vastgesteld met kleinschalig onderzoek in een gebied met variabele concentraties in de omgeving”. Zo stelt dr. Sjaak de Gouw, voorzitter van het landelijk expertteam, dat onder andere bestaat uit deskundigen op het gebied van milieu-epidemiologie, toxicologie, medische milieukunde en gezondheidsonderzoek na rampen en (milieu)incidenten. GGD Zeeland is het eens met het advies en stelt zich beschikbaar om mee te adviseren in een landelijk onderzoek van het RIVM naar blootstellingsroutes van PFAS. En pleit ervoor dan specifiek aandacht te besteden aan met PFAS-vervuilde gebieden zoals de Westerschelde.

PFAS-kraan moet dicht

Vorig jaar werd bekend dat inwoners van Nederland via drinkwater en voedsel al meer PFAS binnenkrijgen dan de gezondheidskundige grenswaarde. Drinkwater en gevarieerde voeding zijn belangrijk om gezond te blijven, zelfs al krijg je hiermee PFAS binnen. “Het enige wat echt effect heeft is het zo snel mogelijk verminderen van de PFAS-uitstoot, regionaal maar ook landelijk, zodat het niet meer in de natuur en in de mensen komt. Daar zijn stevige maatregelen voor nodig. Het uitvoeren van een regionaal gezondheidsonderzoek zal de ongerustheid onder omwonenden van de Westerschelde niet kunnen verminderen en ook op landelijk niveau geen effect hebben.”, aldus Joke Gaemers.

Beperk consumptie uit de Westerschelde

Verder onderstreept GGD Zeeland nogmaals het eerder gegeven advies om geen zelf gevangen vis en garnalen te eten uit de Westerschelde, de consumptie van zelf geraapte mosselen en oesters uit de Westerschelde te beperken tot niet meer dan tien keer per jaar en zelf gesneden lamsoor met mate te eten. Op deze manier kunnen inwoners de inname van PFAS beperken.